Schrijven helpt. Bijna altijd als ik heb geschreven krijg ik nieuwe inzichten en weer iets meer vrijheid in mijn hoofd. Het is soms ook zo ingewikkeld dat ik wel van alles denk en voel maar het gewoon niet altijd even goed begrijp of kan overzien. Als ik schrijf zet ik automatisch alles op een rijtje en aan het eind van een verhaal, dat er dan vanzelf weer is gekomen, heb ik wat meer rust, en vaak weer wat over mezelf geleerd.
Zo ook dit keer. Of eigenlijk heb ik nu niet zo zeer iets geleerd, maar meer de weg voor mezelf een beetje opengebroken die ik aan het bewandelen ben. Namelijk de weg naar het hebben van een dood en een levend kind. Een ingewikkeld pad met flink wat obstakels waar ik nu dus sinds drie dagen wat meer zicht op heb. Ik merk het omdat ik weer tranen heb laten stromen voor Boris, en al iets meer tijd heb besteed aan mijn groeiende buik.
Vannacht toen ik in bed lag en Ad al sliep, voelde ik mijn baarmoeder een beetje trekken. Die is nu natuurlijk flink aan het groeien, en ik begin het mooie gevoel weer te herkennen van een kindje in mijn buik. In het begin voelde ik zwangerschap vooral door de misselijkheid en wat andere vage kwaaltjes, maar ik begin nu ook langzaam weer te voelen dat ik wat draag. Ik vind het een heel fijn gevoel hoewel het ook tegelijk een soort heimwee geeft naar de tijd dat Boris bij me was. Maar vannacht had ik voor het eerst contact met ons tweede kindje. Natuurlijk nog niet echt want daarvoor is hij of zij nog veel te klein, maar ik merkte dat ik, toen ik mijn hand op mijn buik legde, bewust aan ons kindje dacht. Ik vond het fijn en voelde een warm gevoel van verlangen en liefde. Ik had het nog niet eerder gevoeld deze zwangerschap dus ik ben er erg blij mee.
Gisteren hebben we ons bed weer terug gezet in de positie zoals hij stond toen Boris bij ons was. We hadden de situatie even veranderd omdat Ad het lastig vond, en nu staat het weer zoals eerst omdat het ook gewoon praktisch is voor onze slaapkamer. Het lag weer prima, maar toch moest ik af en toe denken aan het wiegje dat naast mij op die plek stond. Alsof de film weer eventjes werd afgespeeld. Ik werd er niet verdrietig van, en heb kunnen genieten van ons tweede kindje, dus het is okee.
Of het nu het schrijven van mijn vorige verhaal is geweest of het feit dat het bed weer terug op zijn plek staat, vanochtend werd ik wakker met een knoop in mijn maag en heb ik vreselijk hard gehuild omdat ik mijn zoon zo mis. Misschien komt het ook wel juist doordat ik vannacht gevoelsmatig zo dicht bij ons tweede kindje was.
Hoe dan ook, het was een heftige huilbui. Eentje die uit mijn tenen kwam en die ik er bijna uit moest persen. Alsof de tranen van heel ver kwamen, en dat was denk ik ook zo. Het voelt nog niet echt als een opluchting dus er zal nog wel meer stromen de komende dagen, maar ik ben blij dat er weer een begin is en dat de leidingen weer open zijn.
Het is misschien gek maar als ik denk aan de bevalling in september (ik ga er maar ‘gewoon’ vanuit dat alles goed gaat) kan ik me bijna niet voorstellen dat ik een levend babytje op mijn borst krijg. Als ik denk aan kindje nummer twee, denk ik gewoon weer aan een heel stil, nog warm, rustig lijfje dat zijn of haar oogjes niet open doet. Het is het enige dat ik ken, en het was ook het allermooiste moment in mijn leven. Net als alle moeders kan ik me ook niet voorstellen dat ik net zoveel ga houden van deze kleine als dat ik van Boris doe, maar dat schijnt allemaal goed te komen als het zover is. Het lijkt me alleen zo vreemd dat hij of zij gaat bewegen, de oogjes open doet en waarschijnlijk heel veel lawaai gaat maken als het een beetje op mij lijkt. Ik kan het me bijna niet voorstellen en ik durf het ook niet echt, maar ik kijk er wel heel erg naar uit.
Het is fijn om te weten dat liefde vanzelf gaat. Ik weet dat ook echt heel zeker want tijdens de bevalling was ik zo bang dat ik niet van Boris zou kunnen houden, en niet zou voelen wat ik wilde voelen, maar het ging gewoon vanzelf. Het moment dat ik mijn mooie kleine ventje voor het eerst vasthield was fantastisch en ik vind het zo erg dat ik dat nooit meer kan doen.
Dat besefte ik me vanochtend ook eventjes extra goed. Ik zal ons tweede kindje kunnen vasthouden, maar Boris niet meer. Nooit meer. Voor áltijd nooit meer. En dat doet pijn. Ik voel me niet schuldig dat we nog een kindje krijgen maar het doet wel pijn dat we veel meer tijd met deze kleine kunnen doorbrengen dan met Boris. De tijd met Boris was veel te snel op en dat is heel erg verdrietig.
Daarom zal de weg van leven en dood nooit meer ophouden. Vanaf nu bewandel ik de weg met leven en dood. Eigenlijk doet iedereen dat natuurlijk in zekere zin, maar ik heb het nu van zo dichtbij gezien waardoor dood en leven ook letterlijk altijd voelbaar zijn. Gelukkig ben ik niet bang voor de dood. Vooral niet meer sinds ik Boris heb gezien, hij was zo prachtig mooi en hij straalde zo veel rust uit, niets om bang voor te zijn. Ik bewandel de weg vol goede moed en levenslust, en zal blijven vechten tegen de obstakels. Maar vooral zal ik proberen te genieten van alle mooie dingen die ik onderweg tegenkom. En het bordje met ‘einde Niemandsland’ lijkt ergens in de verte in zicht…
★