Morgen is het weer zo ver, een nieuw jaar komt eraan. Te veel oliebollen in een schaal, champagneglazen die klaar staan, vuurwerk in de gang, aftellen en gaan. Gelukkig Nieuwjaar! Het is 2016, het jaar van nieuwe kansen, fantastisch!
Nou nee, liever niet… Niet voor mij, ik sla graag over dit keer.
Ik zag op tegen Kerst, omdat ik bang was voor veel verdriet. Ik was bang dat het missen té erg zou zijn en extra confronterend tijdens de feestdagen. Maar we deden het wel, ‘gewoon’ zoals altijd, dus de kerstboom die ik in eerste instantie niet wilde stond er gewoon, en we hadden een enorme hoeveelheid kadootjes. En uiteindelijk viel het mee. Of eigenlijk was het zelfs een fijne Kerst. Ik heb de kerstboom met veel plezier versierd, we hebben lekker gegeten, spelletjes gedaan en kerstfilms gekeken in foute pyjama’s. Natuurlijk miste ik Boris, maar dat doe ik elke dag. Het was een fijn samenzijn waarbij Boris gemist werd zoals elke andere dag. Kerst was dus niet die extra trigger, terwijl ik dat wel had gedacht.
Oud & Nieuw voelt anders. Ik heb er niet alleen geen zin in, het voelt ook onnodig en heel erg stom. Vorig jaar was ik zwanger en proostte ik met alcoholvrije champagne op een nieuw jaar. Een nieuw jaar waarin we mogelijk nóg gelukkiger zouden worden en waarin Boris geboren zou worden, al wisten we toen zijn naam nog niet.
En morgen is het weer tijd om een jaar af te sluiten en te starten met een nieuwe. Maar waarom moeten we dit jaar afsluiten? Ik wil helemaal niet het jaar afsluiten waarin Boris nog in leven was. En hoe kan ik nou proosten op een nieuw jaar waarin Boris niet bij ons is? Dat is toch helemaal geen champagne waard? Ik vind het een belachelijk idee, en ik weet ook echt nog niet hoe ik dat moet gaan doen.
Toen Boris overleed begonnen we gedwongen aan een nieuw leven. Niet een nieuw jaar maar een compleet nieuw leven. Eentje waarin we altijd ouders zullen zijn van een overleden kind, en waarin we nooit, maar dan ook nóóit onze zoon weer zullen zien. Een leven waarin we nooit meer met ‘zijn allen’ zullen zijn en familiefoto’s altijd incompleet zullen zijn. 2016 is het eerste volledige jaar zonder Boris, het eerste volledige jaar van ons leven waarin we gebroken en incompleet verder gaan. Ik kan het niet zien als iets goeds of moois, maar alleen maar als iets waar ik heel erg verdrietig van word.
Als ik mijn best doe mijn sarcastische kijk op de wissel van 2015 naar 2016 even opzij te schuiven zie ik ook mooie dingen. Ik heb het allerergste meegemaakt maar ook het allermooiste gekregen. Ik werd moeder in 2015, en in 2016 ben ik dat nog steeds. Gelukkig is er naast het veel te harde verdriet ook dankbaarheid voor afgelopen jaar en hoop voor 2016.
Daarbij heb ik gemerkt dat ik intens kan genieten van samenzijn ondanks dat Boris er niet is, en het is gelukt om écht blij te zijn binnen een gezelschap waarin Boris mist. Misschien juist wel, omdat ik heb geleerd hoe kostbaar samenzijn is, en hoe belangrijk het is om liefde te voelen.
Ook zijn er fijne plannen voor 2016. We durven al een beetje verder te kijken.
Ik weet nog niet of we samen champagne gaan drinken morgen om 00.00 uur. Maar áls we besluiten de kurk te ontpoppen zal het niet zijn op het nieuwe jaar, want dat zie ik nog steeds niet zitten. Nee, als we gaan proosten zal het zijn op de liefde! Ik wist het al, leerde het extra in 2015 en neem het mee naar 2016; Liefde is alles, en alles zou liefde moeten zijn…
★