Het is nog steeds niet beter. Het werd zelfs even nog veel erger. Ik heb me nog nooit zo leeg, negatief en somber gevoeld. Zelfs toen Boris overleed was het niet zo zwart als de afgelopen weken. Mijn positieve karakter en mijn vermogen om te kunnen genieten van de kleine dingen waren volledig weg. Ik voelde me erg depressief en had het op momenten echt niet erg gevonden als het leven ermee zou stoppen. En dan niet alleen voor mezelf, maar voor de hele wereld. Want waarom zijn we hier allemaal nog als er zoveel ellende is? Waar is het allemaal goed voor? Ik geloof in God en heb altijd geloofd dat de mensheid een hoger doel heeft. Maar waarom maakt God geen einde aan al deze ellende als Hij dat kan? Ik begrijp het niet, en vind het eerlijk gezegd vooral stom op het moment. De zinloosheid die ik nu zo intens voel achtervolgt me en maakt me moedeloos. Ik ben zat van het vechten en weet af en toe niet meer waar ik de kracht vandaan moet halen om verder te gaan.
Maar vandaag heb ik iets geleerd. Tijdens mijn therapiesessie vanochtend kreeg ik een inzicht dat ik liever niet kreeg, maar dat me wel meer rust geeft. En waardoor ik in ieder geval weer meer lucht heb gekregen en niet meer hoef te vechten tot ik er bij neer val.
Toen Boris overleed was ik vastbesloten mijn leven nóg mooier te maken dan het was. Ik zou ervoor zorgen dat mijn leven niet donkerder zou worden, en ik zou er alles aan doen om zijn verlies tot iets positiefs te maken. Dat ik me nu zo slecht voel en het leven nogal zinloos vind, staat hier natuurlijk lijnrecht tegenover. Dit is niet wat ik wilde! Ik wilde sterk genoeg zijn voor mijn zoon en laten zien aan de wereld dat je ondanks alles nog steeds verder kunt leven en weer gelukkig kunt worden. Het voelt als een soort falen dat ik dan nu toch in die blijkbaar onoverkomelijke donkere fase zit, en ik probeerde me er met alles wat ik heb tegen te verzetten.
Maar sinds vanochtend begrijp ik dat vechten geen zin heeft. Er is namelijk een zwart stukje bijgekomen toen Boris overleed dat er altijd zal blijven. Dat komt niet door Boris, hij heeft daar helemaal niets mee te maken. Maar het komt door wat er gebeurd is, doordat hij dood is en ons is afgenomen. Het gat dat overbleef nadat ik gebroken ben heeft helemaal niet de vorm van een hart. Het is lelijk, zwart en rafelig. En hoe graag ik ook wil dat het wel een hart is, dat zal me nooit lukken. Het is ook geen smerig beest dat ik moet verslaan om weer verder te kunnen, het is er, en het gaat niet meer weg.
Maar het hoeft ook niet! Boris staat namelijk los van het gat. Boris is het allermooist en heeft een prachtige mooie plek in mijn leven en hart gekregen. Er is alleen ook een plekje bijgekomen dat helemaal niet mooi is. Een plekje dat inderdaad zinloos voelt, en in- en in-zwart is. Ik hoef er niet tegen te vechten want dat plekje wordt nooit meer licht. Dat vind ik erg en ik word er verdrietig van, maar het geeft ook rust. Het is er altijd, maar ik hoef er niets mee. Ik hoef alleen maar te accepteren dat het er is en te zorgen dat alle andere dingen eromheen weer fijn worden. Daar kan ik aan werken, maar daar hoef ik niet voor te vechten.
Die mooie dingen zijn er namelijk allemaal al! Het zijn alle mooie mensen om me heen, het is mijn allerliefste man, het zijn de bloemen waar ik altijd zo van genoot en het is de muziek waar ik mijn hele ziel en zaligheid in kan leggen. Ik hoef alleen maar te leren om ze weer te zien, en te zorgen dat deze mooie dingen samen met mijn lieve Boris de overhand krijgen. Natuurlijk zal de zwarte leegte het af toe winnen. Dat is verdrietig, maar daar kan ik mee leren leven.
Het is niet meer zo zwart als het de afgelopen weken was, maar ook nog niet beter. Door vanochtend weet ik gelukkig wel weer dat het beter zal worden, ook al had ik dit stiekem bijna opgegeven. Mijn positieve karakter zal vanzelf weer naar boven komen, en daarbij ook het vermogen om te kunnen genieten van de kleine dingen. Het is een bikkelharde weg, maar wat ik gelukkig nog steeds niet ben kwijtgeraakt is mijn vastberadenheid, en daarmee bewandel ik hem. Oke, ik struikel af en toe flink en ik vind de weg maar stom en lelijk, maar het is de enige weg naar ‘nieuw’ geluk…
★