♡ Terug naar blogoverzicht

Mama van twee kinderen

30 mei 2016

Het is heerlijk druk in mijn buik! Sinds twee weken voel ik ons kindje elke dag trappelen en ik geniet er enorm van. Alles gaat nog steeds goed, en op het moment ben ik ook vrij kalm. Ik was in het begin best nog vaak angstig en onrustig maar sinds de 20 weken echo die we hadden op 4 mei, kan ik echt meer loslaten en genieten van deze lieve kleine die elke dag een beetje groter groeit. Vanochtend hadden we weer een echo en wat zag het er prachtig uit… Opnieuw word ik langzaam vreselijk verliefd op een babytje!


Zoals ik schreef in ‘Niemandsland’ vond ik het erg lastig om zoveel verdriet en geluk bij elkaar te voelen. De dood en het nieuwe leven maakte dat ik een beetje in het niets bleef dwalen, en daar werd ik onzeker van. Ook voelde ik me weleens schuldig tegenover mijn buikbaby omdat ik vond dat ik veel blijer moest zijn. Want wat als hij of zij teveel verdriet zou voelen? Nu ik me inmiddels wat meer durf te focussen op ons nieuwe wonder voel ik me juist af en toe schuldig tegenover Boris. Ik weet dat hij er altijd zal zijn, maar hij is niet meer de enige waar ik aan denk. 

Normaal als je een tweede kindje krijgt gaat de aandacht vooral naar kind nummer één, want die vreet natuurlijk alle tijd met poepluiers, gebrabbel en kleine handjes. Nu gaat mijn praktische tijd vooral naar werk en muziek en genieten van mijn kleine baby die zich af en toe meldt. En al denk ik natuurlijk elke dag aan mijn lieve Boris, de dagelijkse beslommeringen en de verstreken tijd zorgen ervoor dat hij niet meer altijd op de voorgrond staat.


Een tijdje terug had ik een gesprek met mijn therapeute over deze ingewikkelde strijd in mijn hoofd. Ik had het over de verwarrende en vermoeiende gevoelens die ik heb. Boris vreselijk missen en tegelijk het fijne verlangen naar een nieuwe babytje. Een glimlach bij het getrappel in mijn buik, en tegelijk tranen om mijn dode zoon. Tijdens dit gesprek leerde ze me dat ik twee kinderen heb en dat ik voor allebei verantwoordelijk ben. Dit is heel gek om te zeggen want ik weet heus wel dat ik twee kinderen heb, maar dat ik voor beide een (andere) verantwoordelijkheid heb, had ik me nooit zo helder beseft. 


Voor het nieuwe mensje dat in mij groeit heb ik de verantwoordelijkheid om goed voor mijzelf te zorgen, en om ons huis netjes voor te bereiden. Dit kleine babytje verdient alle ruimte en tijd om te groeien en te zijn wie hij of zij is, en wij zullen het alle liefde geven die we hebben.

Ook voor Boris heb ik een verantwoordelijkheid, alleen moet ik deze helaas vooral naar mijzelf afleggen. Boris zal het niet meer merken al hoop ik dat hij ergens de enorme hoeveelheid liefde die we voor hem hebben toch een beetje voelt. Deze verantwoordelijk zit heel anders in elkaar dan ik had gewild maar hij is er wel. Hij bestaat bijvoorbeeld uit het grafje van Boris verzorgen, kaarsjes aansteken, en de tranen laten stromen als ze nodig zijn.


Elk kind brengt zijn eigen verantwoordelijkheid met zich mee. Die heb je van te voren niet te kiezen, maar dat is wel hoe het werkt. Ik vind het fijn dat deze wetenschap me helpt om volledig te kunnen genieten van het trappelende wezentje in mijn buik, en ook om intens te kunnen rouwen om mijn lieve ventje dat ik zo mis. Het hoeft niet allemaal tegelijk, en ook niet los van elkaar, want het komt zoals het komt, zoals het leven gaat. Maar het zijn twee afzonderlijke dingen, twee afzonderlijke prachtige lieve mensjes, mijn kinderen, die beide mijn aandacht verdienen en die ik ze met alle liefde geef.


Naar buiten toe is dit soms best moeilijk. Ik ben inderdaad mama van twee kinderen, maar er is er maar eentje letterlijk aanwezig. Vorige week hadden we familiedag. Het was een heerlijke zonnige en gezellige dag met overal rondhuppelende kleine ventjes en een paar meisjes. Fijn om te zien, maar ik zag ook steeds een klein jongetje met een bos krullen dat al een klein beetje kan lopen, maar die er niet was. Hij had er wel bij moeten zijn en het gat dat hij achterliet is veel te groot en deze dag in volle glorie aanwezig. Maar wel onzichtbaar.

Mensen vragen me tegenwoordig vooral hoe het met de zwangerschap gaat. Alsof de rest niet meer belangrijk is. Ze zullen er vast wel aan denken, maar het leven gaat door en ik merk dat mensen het prettig vinden dat ik ook verder ga. Ik vind dat zelf ook fijn, maar het neemt niet weg dat de rauwe leegte die Boris achterliet er altijd zal zijn, en ik vind het soms best lastig dat niemand dat kan zien. 


Maar ook hierin heb ik mijn verantwoordelijkheid, samen met Ad. We zullen zijn naam blijven noemen, elke dag en voor altijd. Hij is niet letterlijk aanwezig maar we zullen altijd zeggen dat hij bij ons hoort. Want het is zo. Hij hoort bij ons, bij zijn grote broer en zus en bij zijn kleine broertje of zusje. En ik ben mama van twee kinderen, of eigenlijk een beetje van vier...


Deel deze blog via:

6 april 2025
Ik lig buiten in de schommelstoel en luister naar mijn meisje van acht die bij de buren speelt. Ik hoor haar lachen en genieten en geniet met haar mee van een afstandje. In gedachten ben ik ineens bij Boris. Zou hij met haar mee zijn gegaan om daar te spelen? Of was hij te verlegen en zou hij lekker bij mij in de tuin hebben gezeten met een filmpje of een stripboek, en ook hebben geluisterd naar zijn zusje. ‘Hoor je Babet ook lachen mam?’ Hoor ik hem zeggen in mijn gedachten... Ik zie hem ineens zitten in de oranje tuinstoel. Glashelder. Hij gaat staan en loopt richting mijn schommelstoel met een kleine glimlach, en zijn donkere haar met nog maar een paar korte krullen omdat hij ze niet meer zo lang wilde. Hij is tenslotte al bijna tien! Het beeld was er een paar seconden, verdween weer net zo snel, en ik probeer het terug te vinden zodat ik het verhaal in mijn hoofd verder kan volgen, maar het lukt niet meer, het is weg. Vaag zie ik het beeld nog voor me. Van Boris die die nu negen jaar had moeten zijn, in een spijkerbroek en een gestreept shirt met ik geloof een beetje rood erin. Ik zie lieve blauwe ogen die bij de zijkanten wat dichtvallen door het felle licht buiten. Dan pak ik snel mijn telefoon want ik wil het moment beschrijven. Ik wil de kleuren en zijn ogen niet vergeten. Het voelde zo dichtbij! Als een film of misschien als een glimp van een parallel universum, maar alsof het echt zo had kunnen zijn. Een stukje van Boris dat ik nooit heb kunnen zien maar waarvan ik eventjes een moment heb kunnen meemaken in dit kleine magische moment. En nu is het weg. Zoals hij ook al veel te lang weg is. En eigenlijk is hij niet weg, want hij leeft nog zo mooi in mijn hart en in mijn lijf, maar hij is wel te ver. Ik hoef zijn gestreepte shirt niet te wassen, zijn krullen niet in bedwang te houden en ik kan hem niet bij me op schoot trekken in de schommelstoel. Want ook al is hij bijna tien, dat had hij nog graag gedaan, lekker dicht bij mama, dat weet ik zeker. Inmiddels lopen de tranen over mijn wangen en heb ik het veel te koud buiten omdat de zon er niet meer is. Maar ik wil nog niet naar binnen omdat ik dit gevoel dat zo van mij is, niet kan delen. Dat durf ik niet maar het lukt ook niet. Die pijn zit te diep en ik zou het niet hardop kunnen zeggen. Schrijven is voor mij de enige manier. Als het verdriet en de wond van het losrukken en het gemis zo open liggen, dan ben ik het liefst alleen en zet de woorden die door me heen gaan op het digitale papier. Dus ik laat mijn tranen nog even wat drogen aan de wind. Dat mag ook, ik mag dit best alleen doen. Nog heel eventjes wachten, en dan ga ik weer naar binnen. Nog eventjes alleen met én zonder Boris…
20 maart 2025
De geuren buiten, de kleuren van de lucht en het beginnende groen, het licht dat weer verder naar binnen komt, de tekenen van de lente… Dag liefje, Langzaam voel ik jouw dagen wat dichterbij komen, mijn lieve lentekind. Naar die dagen in april, waarop ik je kreeg en tegelijk verloor. Naar de ene dag waarop licht en donker tegelijk zo sterk aanwezig waren. De dag waarop de liefde won van die allergemeenste dood. Dus denk ik even weer wat vaker aan je, met mijn hand op mijn buik, in de zachte lieve lentewind… Liefs van mama
4 maart 2025
‘Mama zullen we in de kist van Boris kijken vanmiddag? Het is al een tijdje geleden en ik ben het een beetje vergeten hoe het ook al weer was’. Ik denk er kort over na en zeg; ‘Dat is goed lieverd, vandaag wil ik dat wel’. Ze vroeg het al vaker de laatste tijd, maar na een paar keer ‘nee’ als antwoord te hebben gegeven voelt het nu als een prima moment. ‘Waarom vind je dat heftig mam?’. Ik antwoord: ‘Omdat ik er soms verdrietig van wordt om de spulletjes van Boris te zien, omdat hij dood is en ik hem mis’. Ze zegt; ‘Dat is helemaal niet erg mam, dan ga ik je gewoon troosten met een heleboel kusjes en knuffels’. De kist is oude scheepskist van hout die al een paar jaar op onze kamer staat, gevuld met herinneringen aan Boris. Hij staat er sinds de zwangerschap van Babet. Het kamertje van Boris moest worden aangepast voor haar, een ingewikkelde proces waar ik ruim de tijd voor nam, en veel van zijn spulletjes kregen een mooie plek in deze kist. In het begin keek ik er regelmatig in, de behoefte was toen nog heel groot en ik had het nodig om zijn kleertjes te voelen, te bekijken en te ruiken. Zijn kleertjes droegen in het begin nog zijn geur, en ik heb ze destijds in een afgelosten plastic zak gedaan in de hoop dat zijn geur zo lang mogelijk zou blijven. Dit is best goed gelukt, maar de tijd heeft het logischerwijs steeds meer doen vervagen. En vandaag duiken Babet en ik samen de kist in. Ik probeer er zo open en rustig mogelijk in te staan, dit moment is even voor haar. Babet is erg enthousiast en zodra de kist openstaat haalt ze er van alles uit. Ze praat honderd uit en ik probeer het ondertussen niet vervelend te vinden dat het niet op ‘mijn’ manier gaat. Alles gaat op zijn kop, en van mijn zorgvuldig gesorteerde kist is weinig meer over. Het doet er eigenlijk weinig toe als je er over nadenkt, maar als het om Boris gaat, doet álles er voor mij toe. Maar, het lukt me dit naast me neer te leggen, en ik laat haar begaan. We bekijken zijn kleertjes die hij niet aan heeft gehad en het speelgoed waar hij nooit mee speelde. We bestuderen samen zijn foto’s en belanden tussen al zijn spulletjes langzaam even in onze eigen wereld. Ik pak zijn kleertjes die hij wél aan heeft gehad uit het speciale zakje en probeer de geur tevergeefs op te snuiven. Alles wat er over bleef is de geur van katoen en de, volgens Babet ouderwetse, geur van de scheepskist. Dan pak ik zijn sokjes, daar waar zijn geur het meest intens was. Heel even denk ik tóch iets te ruiken. Ik weet niet of het alleen mijn herinnering was, hoogstwaarschijnlijk wel, maar heel even was ik daar. Zijn voetjes, zijn lijfje, zijn aanwezigheid. Heel eventjes, ben ik weg, heel even, ben ik bij hem… Babet ziet het aan me en haalt me uit mijn trance met haar woorden; ‘Ik voel je mam, ik voel je echt…’. En waar ik op het punt stond om te breken, zag ik mijn meisje met waterige ogen naar me kijken. ‘Kom maar liefje’ zeg ik, en ik trek haar op schoot tussen de spulletjes van Boris. Ze huilt eventjes en kruipt dicht tegen me aan. ‘Ik wil gewoon niet dat we hem kwijt zijn en ik vind het stom dat mijn boertje er niet is’. Eventjes blijven we zo zitten samen. Een paar minuutjes later ruimen we alles weer op. Ze vraagt of ze een klein knuffeltje mag hebben uit de kist, eentje die een tijdje op zijn grafje heeft gelegen. Ik vind het goed en ze is dolblij met een klein stukje van hem. Ik kijk naar mijn grote kleine meisje en voel heel veel tegelijk. Gemis om Boris, trots op mijn achtjarige krullebol, maar vooral heel veel liefde voor mijn kinderen… 
14 december 2024
Ik doe zo mijn best om het klein te houden. Om alleen belangrijk te vinden, dat wat ook echt belangrijk is. Samen zijn, kusjes van mijn meisje, uit kijken naar kerst met ons gezin. Herinneringen maken, herinneringen eren. Kaarsjes aan, lief zijn. Ik doe zo mijn best om het klein te houden maar het lukt me niet altijd. Mijn bedrijf run ik nog steeds alleen en dat is veel, de sociale ballen die er altijd zijn vragen ook veel. Maar ik wil het kleinhouden, ik móet het klein houden, anders stroomt het over. Dan stroom ik over en dat is eigenlijk al te vaak gebeurt. Vlak na Boris stond ik zo dicht bij mezelf, voelde ik wat er echt van binnen speelde en kon ik grenzen aangeven waar nodig. Nu moet ik dagelijks terug naar dat plekje om weer te voelen waar het om draait. Het leven heeft zijn hectiek weer in volle gang over genomen, en het lijkt steeds moeilijker hier weer naar terug te gaan. Maar ik weet ook, bewustwording is de eerste stap, in die zin heb ik een flinke hore genomen. En richting kerst zoek ik weer het kleine op. In het geven van liefde en het ontvangen, want dat is wat het is. Kleine gebaren met grootse betekenissen, elke dag weer. Klein maar oh zo fijn! Nú is het moment, nú is waar het om draait, nú is waar je het verschil kunt maken. Wij houden het ook graag letterlijk klein met kerst. Samen zijn, lief zijn. Kerstboom optuigen, kadootjes uitpakken in pyama's, lekker eten, even wandelen en films kijken. En verder niets. Boris is er bij, zoals altijd, op zijn eigen manier. We steken kaarsjes aan, eentje extra voor hem, en soms pak ik even zijn vosje, vooral in de nacht. Ook voor hem houden we het klein, de liefde is er toch wel, die gaat echt nooit meer weg...
10 december 2024
De dagen vliegen voorbij en we komen steeds dichterbij kerst. Er belanden steeds mee kadootjes onder de kerstboom en we zijn al druk aan het verzinnen wat we gaan eten deze dagen. Babet vroeg of we nog een kadootje voor Boris onder de boom gaan leggen. Eigenlijk had ik voor mezelf bedacht dat het dit jaar niet hoeft, maar misschien is het toch fijn om hem toch iets te kunnen brengen met kerst. Natuurlijk steken we altijd een kaarsje voor hem aan bij ons thuis en bij zijn grafje, en ik denk dat ik met Babet een knuffel ga uitzoeken die we dan ook bij zijn grafje kunnen brengen. Het gemis is niet perse groter met kerst, het gemis is er namelijk altijd en is naast mijn liefde voor hem verweven in mijn leven. De lege plek is is tijdens feestdagen en fanilie momenten wel wat groter en ik denk wat vaker aan hem deze dagen. Dan ben ik zo benieuwd naar of hij ons nog kan zien. Zijn kleine zusje die een knuffel bij zijn grafje brengt of de kaarsjes en lichtjes die voor hem branden. “Ben je er nog liefje? En kun je ons ook zien? Ik hoop dat het mooi en fijn is waar je bent, en dat ik ooit weer bij je kan. Dat ik je weer vast kan houden en dat we dan voor eeuwig samen zijn! Voor nu denk ik je dichtbij ons, en voel ik onze liefde sterker dan ooit…”
4 oktober 2024
Zomaar, op een avond, omdat herinneringen en pijn nou eenmaal zo werken. "Voordat ik ga slapen kijk ik nog even bij mijn kleine meisje. Ik geef haar een kus op haar wang en vertel haar zachtjes hoeveel ik van haar hou. Ik strijk over haar voorhoofdje en ineens ben ik daar. Ik voel hem. Zijn hoofdje en zijn neusje. Ze lijken zo op elkaar en voelen nog steeds hetzelfde. Hun zachte lieve huid en de manier waarop hun oogjes dichtgaan. Zo lief, zo mooi en zo van mij. Ik voel haar elke dag, maar hem ook nog steeds. Hij zit in mij, hij lééft in mij. Zijn leven begon tenslotte in mijn lijf, maar het eindigde daar ook. Hij is met elke vezel van mij verbonden, en dat zal altijd zo zijn. Als onderdeel van mij, in mijn hart én in mijn lijf, neem ik hem voor altijd met me mee…"
Meer blogs weergeven...